Leestijd: 4 minuten
Stel je voor: je bent een tijd ziek geweest en bent weer aan het opkrabbelen. Of je hebt een scheiding achter de rug of het verlies van een dierbare.
Nu wil je je collega’s bedanken voor de steun die ze je hebben gegeven.
Hoe doe je dat?
Wat schrijf je wel en wat vooral niet?
Wat je schrijft, hangt af van de steun die je hebt gekregen én hoe jij die hebt ervaren. En hoe de band is tussen jou en jouw collega’s.
Je kunt bijvoorbeeld een e-mailtje sturen waarin je schrijft:
“Jongens, bedankt voor jullie steun!”
Op zich prima.
Maar ik laat je graag nadenken over hoe het anders kan. Echter en dichter bij jezelf.
Ik kan je uit ervaring zeggen: zo’n berichtje schrijf je niet in 5 minuten. Wel in 2 dagen.
Schrikt dit je niet af? Dan nodig ik je uit om verder te lezen.
Het begint met schrijven vanuit je hart
De kans is groot dat je nog geen idee hebt wat je wilt schrijven en hoeveel je van jezelf wilt blootgeven. Daarom is het goed om eerst je hart te laten spreken.
Ga zitten, zet een muziekje aan, denk aan je collega’s en zet alles wat er in je opkomt op papier.
Tip: denk aan concrete situaties
Misschien lukt het je niet zo goed. Het kan dan helpen om aan concrete situaties te denken.
Bijvoorbeeld die keer dat je een bos bloemen kreeg. Of die collega die alles uit zijn of haar handen liet vallen om een arm om je heen te slaan.
Hoe meer concrete situaties je je herinnert, hoe makkelijk het is om je gevoelens daarover te verwoorden.
Ik geef je een paar voorbeelden:
‘Door de manier waarop jullie mijn werk hebben overgenomen, had ik alle rust om me te focussen op mijn gezondheid.’
‘Al die lieve kaartjes van jullie; het lijkt misschien iets kleins, maar elke keer als ik een kaartje krijg, word ik zo vrolijk. Het betekent echt heel veel voor me!’
Daarna ga je filteren: wat wil je zeggen en wat houd je liever voor jezelf?
Als je klaar bent, ga dan even iets anders doen. Het liefst iets fysieks: een wandeling, de afwas, sporten, opruimen, schoonmaken … Zo geef je je gedachtes de ruimte.
Na een tijdje pak je je tekst er weer bij. Je leest ‘m door en haalt de stukjes weg die je – bij nader inzien – toch te intiem vindt.
Wat overblijft, is jouw boodschap aan je collega’s. Recht uit je hart. Vind je dat het te veel spreektaal is? Dan kan ik je geruststellen:
Spreektaal of schrijftaal? Spreektaal werkt beter dan schrijftaal
Vaak denken mensen dat ze in teksten schrijftaal moeten gebruiken. Een tekst wordt hierdoor formeel, afstandelijk en onpersoonlijk. Dat is meestal niet de bedoeling als je communiceert.
Bovendien blijkt uit onderzoek dat je meer bereikt bij de lezer als je verzorgde spreektaal gebruikt. In het Engels wordt dit ‘conversational language’ genoemd. Ik noem het ‘gewonemensentaal‘.
Dit blog bijvoorbeeld heb ik ook geschreven in spreektaal. Ik zou het precies zo vertellen in een gesprek of in een training.
Tot slot: er is geen goed of fout
Want jouw gevoelens zijn altijd goed. Ik raad je aan dat je je mail nog 1 nacht laat rijpen. De dag erna zie je vast weer wat dingen die je anders wilt doen.
Ook kun je je mail aan iemand voorleggen die dichtbij je staat en jou goed kent. Houd er rekening mee dat diegene er misschien heel anders over denkt. Dat kan verhelderend maar ook verlammend en verwarrend zijn.
Maar bedenk dan dat je ook nog altijd gewoon “Jongens, bedankt voor jullie steun” kunt schrijven!
Met vrolijke groet,
Paula
PS De inspiratie voor dit blog kreeg ik dankzij een vraag die Alice mij stelde. Als jij een vraag hebt over communicatie, stuur je me dan een mailtje? Wie weet wijd ik er wel een blog aan.
Alice schrijft:
Beste Paula
Ontzettend bedankt voor jouw schrijftips,advies.
Het heeft mij veel geholpen door jouw hulp heb ik een mooie bedanktkaart kunnen schrijven en datgene op papier gezet waar ik na het vele malen herlezen erg tevreden mee ben.Ik leer er veel van .Dankjewel.
Groet Alice
Paula van Gemen schrijft:
Hi Alice,
Leuk dat je dat nog even laat weten. En fijn dat het gelukt is!
Als je nog eens een vraag hebt: je weet me te vinden.
Wie weet schrijf ik er dan weer een blog over.
Groet, Paula